11. Celta de Vigo
Dankzij Eduardo Coudet heeft Celta de magere periode van 2018 tot 2020 achter zich kunnen laten. Met het eigen intense Chachismo — bol van verticaal voetbal en energieke pressing — heeft het achtereenvolgens de afgelopen seizoenen plek 8 en 11 geclaimd. Sinds het vertrek van Toto Berizzo stond Celta een beetje bekend als onderpresterende club, strijdend tegen degradatie. Alleen Aspas leverde ieder seizoen in een talentvol team. Op Hugo Mallo en Iago Aspas na zijn de Celta-gezichten wel veranderd.
Nu, met de adviezen van Luis Campos lijkt Celta de Vigo in een tussenfase beland. Aspas is nog steeds briljant, maar de selectie-opbouw lijkt in een tussenfase beland. Daar waar er ruim voldoende kwaliteit is om erin te blijven, maar nu goedkope (huur)deals nodig zijn om de selectie enigszins body te geven. Denk aan Núnez, Óscar Rodriguez, Carles Perez. Met de jonge Swedberg, De la Torre en Paciencia zijn er goedkope oplossingen om de kwaliteit te waarborgen. Een fase waarin Celta weer naar het linkerrijtje wil, maar de assets voor echte impulsen niet heeft. De komende weken lijkt Celta vooral te moeten vrezen voor interesse in Javi Galan. De linksback werd een jaar geleden overgenomen van Huesca, maar de dribbelkoning is zo goed dat Napoli al wordt genoemd.
Komend jaar zal Celta, met interessant voetbal, moeten proberen om weer eens in het linkerrijtje te eindigen. Nu Valencia langzaam weer erupteert, is dat geen onmogelijke opgave. De breedte van de selectie is wel het grote probleem. Espanyol hijgt namelijk ook in de nek.
12. Rayo Vallecano
Weinig clubs zijn fascinerender dan Rayo Vallecano. Een club in een volkswijk met een excentriek en gammel stadion, linkse fans, een extreemrechts omarmende voorzitter en een voor supporters administratieve puinhoop van jewelste. En toch lukt het Andoni Iraola, het 40-jarige trainerstalent, om Rayo naar grote hoogten te stuwen. Vanuit de hel van de Segunda naar de 12e plek in de Liga. Met behalve Radamel Falcao vrij modale voetballers; als discipel van zijn evangelie vind ik dat er meer aandacht voor Iraola zou moeten zijn.
Het seizoen van Rayo Vallecano kun je eigenlijk opdelen in drie delen: de vlammende start, het povere deel en de knalfuif op het einde. Aan de hand van Radamel Falcao — Tigre Tigre — mocht Rayo tijdens de vlammende start even dromen van Champions League-voetbal en stuntte het zelfs met een zege op Barça. Na het magere deel (tot een paar speelronden voor het einde) werd voor drie á vier maanden niet gewonnen. En tijdens de knalfuif werd plotseling van Espanyol en Barça gewonnen waardoor lijfsbehoud praktisch zeker was. Een gedeelde 12e plaats met 42 punten.
Iraola’s concept? Pressing, meester van de ruimte zijn en een grote focus op de dynamiek van de flanken. Daarnaast is zijn in-game management ook imposant te noemen. Dat alles in het ongeziene wespennest dat Rayo als club is. Al zijn coachingsseizoenen zijn tot nu toe het bewijs dat deze man voor grote oorden bestemd is. Wanneer die grote oorden aankloppen, is de vraag. Komend seizoen zal hij in elk geval weer Rayo moeten zien behoeden voor degradatie: de selectie is er goed genoeg voor, maar het is dringen in een heel, heel brede middenmoot.
13. Elche
Het is nog geen twee jaar geleden sinds de opmerkelijke promotie van Elche naar LaLiga. Inmiddels is er alweer veel gebeurd bij de club die door de Argentijnse zaakwaarnemer Cristian Bagarnik (Licha, ken je die?) wordt beheerd. In het eerste, moeizame seizoen werd dankzij Escribá op de laatste speeldag met horten en stoten LaLiga-lijfsbehoud gerealiseerd. Vorig seizoen maakte Escribá het seizoen niet af en was het onder Francisco dat Elche vrij eenvoudig naar lijfsbehoud ging.
De uitdaging voor Elche is om de selectie zoveel mogelijk te verversen. Ze hebben op het middenveld en in de aanval voldoende kwaliteit die ze uit het degradatiemoeras zouden moeten houden, maar de verversing vindt maar mondjesmaat plaats sinds de promotie. Veel namen die er op speeldag 1 van 2020/21 bij waren, zijn er nog steeds. Javi Pastore en Lucas Boye zijn op papier de grote dragers van het elftal; er is veel Liga-degelijkheid, maar bovenaan het rechterrijtje zullen ze niet komen. Degradatie vermijden zou net genoeg moeten zijn.
De vraag is na hoeveel seizoenen Christian Bragarnik echt stappen kan zetten met Elche en zijn netwerk. Anders dreigt het toch een anoniem bloemetje te worden in de weide, want voldoende gepromoveerde clubs hebben na twee jaar wel hun identiteit en stempel waar kunnen maken.
14. Espanyol
Het belooft een boeiend seizoen te worden voor de Catalaanse clubs: Barça, Espanyol en Girona hebben dit seizoen allemaal interessante cases. Espanyol keerde vorig seizoen terug in de Liga na een jaar afwezigheid. De club is immers veel te groot en goed om in de Segunda rond te blijven hangen. Met een sterke, uitgebalanceerde selectie vol vechtersmentaliteit waar Raul de Tomas het paradepaardje was, bleef de club eenvoudig in LaLiga. Desondanks moest trainer Vicente Moreno het veld ruimen. Hij zette de boel organisatorisch goed neer, maar in LaLiga heeft hij het team nooit naar zijn hand kunnen zetten. Vooral ontregelen, en puur op individuele kwaliteit in de Liga blijven.
Komend seizoen gaat Espanyol duidelijk ambitieuzer zijn met haar trainer. Diego Martinez keert namelijk terug in de voetballerij na een jaar sabbatical. Nadat hij een jaar veel lessen heeft opgedaan in Engeland, door tal van Premier League-clubs te bezoeken, is de succescoach van Granada weer terug op het toneel. De case die dit seizoen voor hem ligt, lijkt hem als gegoten te zitten. Diego Martinez is een tactisch kundige trainer die van pressing, uitgebalanceerde selecties en vechtersmentaliteit houdt: laat deze Espanyol-selectie daar bol van staan. Zijn aanstelling is een duidelijk statement.
De selectie van Espanyol lijkt al ruim op orde. In de verdediging is er veel ervaring, dubbele bezetting en kwaliteit. Op het middenveld zijn er, wel slechts vier, sterke middenvelders en voorin zijn er met Puado, De Tomas en Joselu raketten van aanvalspelers voor Liga-begrippen. Een extra rechtsbuiten zou wellicht lekker zijn.
Gezien de trainerscapaciteiten van Diego Martinez, en iedere week de volle focus op het trainingsveld, zou dit Espanyol in staat moeten zijn om in het linkerrijtje te eindigen. Europees voetbal gaat te ver, iets te ver. Misschien zijn ze volgend seizoen outsider.
15. Getafe
De beste transferzomer komt van FC Barcelona, uiteraard pas als ze hun spelers in kunnen schrijven. De tweede beste club qua transfers zou wel eens Getafe kunnen zijn. Hoewel de selectie in de breedte nog kan groeien, is datgene wat er is al behoorlijk te noemen. Steunpilaren van het Bordalas-schoppen-en-slaan-voetbal zijn er nog steeds, maar worden aangevuld met bewezen goede spelers voor LaLiga. Waar de opvolging van Bordalas kortstondig matig verzorgd was met Míchel, zorgde Quique Sanchez Flores voor een verrassende opbloei in zijn nu derde termijn als coach. Nog altijd is Getafe organisatorisch sterk en doen ze aan schoppen en slaan. Alleen in mindere hevigheid.
De zomer van Getafe nader bekeken: centraal achterin komt Domingos Duarte voor 750.000 euro vanaf Granada de defensie versterken: een steunpilaar uit het Granada-succeselftal. Luis Milla (Granada) en Jaime Seoane (Huesca) hebben zich op een lager niveau bewezen als ontgroeide spelers voor de degradatieregionen/Segunda. Zeer degelijke, voetbalslimme middenvelders. En dan komt voorin mijn geliefde Portu, een buitenspeler/spits met veel diepte in zijn spel, over van Real Sociedad en komt spits Borja Mayoral voor 10 miljoen euro over van Real Madrid. Gastón Alvarez en Fabrizio Angileri (verdedigers) ken ik dan weer wat minder.
Tel die aankopen op bij Djene, Maksimovic, Arambarri, Aleña, Unal en dan staat er een Getafe dat zich ruim niet zorgen hoeft te maken om degradatie. Ze komen in de breedte iets tekort voor het linkerrijtje, maar zullen zeker in de bovenkant van het rechterrijtje moeten eindigen. Wel een waarschuwing: met de oersaaie tactieken van Quique Sanchez Flores zal het niet een enorme kijktip zijn.